De brandweer bluste in 2016 ongeveer 4000 woningbranden. In dat jaar werden er bij verzekeraars 104.000 claims ingediend voor brandschade in woningen. De brandweer hoefde dus in slechts 4 procent van de branden ter plaatse te komen om te blussen. Als woningbranden al het nieuws halen, is dat meestal omdat er slachtoffers zijn gevallen of vanwege de grote maatschappelijke impact. Zelden is dat omdat de brandweer de brand niet goed heeft bestreden. Maar soms is er sprake van een brand waar de brandweer op het eerste oog geen raad mee lijkt te weten. En dan stellen media meteen de vraag: “Hoe kan dit gebeuren?”
Afgelopen week brandde er een zogenoemde ecologische woning af in Kampen. Ik moet zeggen dat ik bij het zien van de foto wel wat verbaasd was. Want dit is een nogal ongebruikelijk brandverloop voor een woningbrand. De meeste woningbranden blijven namelijk in het voorwerp van ontstaan of in de ruimte. Een uitslaande brand is tegenwoordig meer uitzondering dan regel. Maar uit het onderzoek in Zutphen is gebleken dat 'het kan verkeren'. Bovendien zijn er geen slachtoffers gevallen en was de brand niet overgeslagen. En dat is de basis van de wetgeving: de mensen moeten eruit zijn en de buren mogen er geen last van hebben. Wat dat betreft niets aan de hand.
De volgende dag kwamen er vragen van de media. Een greep: “Het materiaal waarmee de brandweer aan de slag moest, is niet toereikend voor dit soort woningen/bouw. Is dit toepasbaar op heel Nederland en op alle korpsen? Geldt dit voor alle ecologische bouw, dat de brandweer niet goed weet hoe zij een brand moet bestrijden? Komt er een onderzoek? Moeten bewoners van ecowoningen zich zorgen maken? Maakt de brandweer zich zorgen?” Wij bereidden een uitgebreid antwoord voor, dat helaas niet is overgenomen door de media. Een goede reden om weer eens een column te schrijven, zodat u toch nog kennis kunt nemen van de antwoorden op deze vragen.
De brandweer komt steeds vaker creatieve bouwsels en bijzondere materialen in woningen tegen. Duurzaam bouwen is dan ook een landelijke trend. Zie daarvoor ook de publicatie ‘Trends om van te leren’ (bijvoorbeeld casus 19). Dat is voor de brandweer een belangrijk gegeven, omdat dus niet zonder meer op ervaring kan worden gevaren. De gekste dingen komen we tegen die je aan de buitenkant niet kunt zien. Dat mag allemaal van de regelgeving. Bij duurzaam bouwen worden woningen steeds beter geïsoleerd. Daardoor verandert de brandontwikkeling. Het gebruik van brandbaar isolatiemateriaal leidt in veel gevallen tot een snellere branduitbreiding en meer rookproductie. Of juist andersom: de brand smoort sneller door zuurstofgebrek, waardoor er nieuwe fenomenen kunnen optreden zoals rookgasexplosies, deuren die niet meer open willen door overdruk en ondergeventileerde branden.
Moet de burger zich zorgen maken?
De vraag is, als er zich sporadisch een keer een situatie als in Kampen voordoet, of burgers zich dan zorgen moeten maken. Ik zou zeggen dat burgers zich in het algemeen wel wat meer zorgen zouden kunnen maken over brand, zodat zij meer voorzorgsmaatregelen kunnen nemen. Dat vinden de brandweer en de Brandwonden Stichting ook; zij organiseren samen campagnes om het brandveiligheidsbewustzijn te vergroten. Het is belangrijk om brand tijdig te ontdekken (rookmelders op de juiste plaatsen), tijdig te kunnen alarmeren en te kunnen vluchten (hé doe de deur dicht) in geval van een brand. Niet de brandweer, maar gebouweigenaren en -gebruikers zijn verantwoordelijk voor de brandveiligheid van hun gebouw. Zij maken daarin veelal zelf de keuze door zich te houden aan de minimale eisen in de wet gesteld. Maar die eisen zijn, zoals gezegd, geen garantie voor een brandveilig gebouw. De brandweer zal bij brand altijd haar best doen de brand te blussen, maar burgers kunnen niet verwachten dat de brandweer het risico dat eerder door een eigenaar is genomen altijd kan goedmaken. Dat geldt in dit geval voor de keuze van de eigenaar om zeer brandbaar isolatiemateriaal toe te passen. Daarbij moeten we overigens wel bedenken dat de meest brandbare materialen nog steeds in de inventaris van de woning zitten!
Als de brandweer – bijvoorbeeld door nieuwe wetgeving zoals de Wet kwaliteitsborging bouwen – niet meer bij deze en andere gebouwtypen kan adviseren over brandveilig bouwen, weten we minder van de situatie ter plekke. Een gebouw dat aan de regels voldoet mag immers afbranden zo lang de bewoners kunnen vluchten en de buren er geen last van hebben. Dat betekent dus dat een brand als in Kampen strikt genomen kan en mag van de regelgeving.
Toch nog even iets rechtzetten. Volgens een door een krant geïnterviewde deskundige moet de brandweer meer investeren in eigen onderzoek naar trends in de bouwwereld. Hij pleitte voor een ‘aparte onderzoeksafdeling’ binnen de brandweer. Hem was kennelijk ontgaan dat de Brandweeracademie de laatste jaren veel zelfstandig onderzoek heeft gedaan met en voor de brandweer. Kennisontwikkeling en onderzoek zijn sinds de brandweer in 2010 de toekomstvisie 'Brandweer over morgen' heeft gepresenteerd nadrukkelijk een beleidsspeerpunt van de brandweer. De Brandweeracademie doet zowel zelfstandig als samen met de brandonderzoeksteams van de brandweer en universiteiten onderzoek naar dit nieuwe brandverloop. Daarnaast worden nieuwe tactieken en technieken ontwikkeld en wordt casuïstiek verzameld om nieuwe fenomenen in kaart te brengen. Een dergelijke brand als in Kampen stond nog niet in het lijstje. Tot slot doet de Brandweeracademie samen met de Technische Universiteit Eindhoven en het fellowship FSE onderzoek naar met name de consequenties van duurzaam bouwen. Kijk maar eens op de webpagina’s van de lectoraten Brandpreventie en Brandweerkunde.
De kop van een van de krantenartikelen luidde: “Brand in ecohuis leerschool voor vuurbestrijders”. Dat is op zich juist, maar de vraag is of de brandweer altijd alles moet kunnen oplossen. Ik vind van niet. Ik zou daarom zeker toevoegen: “Brand in ecohuis leerschool voor wetgevers en adviseurs”.Gelukkig horen we van de meeste branden niets, die worden gewoon keurig geblust. Door goed voorgelichte burgers of door de collega’s. Behalve als.
Ricardo WeewerLector Brandweerkunde