1 mei 2020
Hoewel veiligheidsregio's onderling van karakter verschillen, tonen zij nu meer dan ooit hun gemeenschappelijke kant. Er is in deze coronacrisis, mede door de centrale positie van de voorzitters van de veiligheidsregio's, een stevige rol voor de veiligheidsregio's weggelegd. "Het is mooi te zien hoe veiligheidsregio's in de eerste weken van de coronacrisis samen optrokken en er ook afstemming met het Rijk plaatsvond. De veiligheidsregio is een geschikt 'vehikel' gebleken om landelijk beleid regionaal en lokaal vorm te geven en geïmplementeerd te krijgen", aldus lector Crisisbeheersing Menno van Duin.
Sinds 12 maart (de dag waarop premier Rutte voor het eerst algemeen geldende maatregelen aankondigde) is in alle veiligheidsregio's sprake van GRIP-4, wat een unicum te noemen is. Waar tot voor enkele maanden geleden vrijwel niemand enig beeld had van de veiligheidsregio's heeft de coronacrisis de regio's in één keer 'op de kaart gezet'. Voor het lectoraat Crisisbeheersing van het IFV is dit reden geweest een onderzoek te starten naar de rol van de veiligheidsregio's in deze crisis. Onderzoek naar gebeurtenissen waarbij om bijzondere redenen van de GRIP-structuur gebruik wordt gemaakt, beschouwen wij als een van de kerntaken van het lectoraat, omdat we daarvan kunnen leren.
Onderzoekers van het lectoraat voerden ruim veertig gesprekken met direct betrokkenen van acht veiligheidsregio's. Het beeld dat naar voren komt, toont een groot aantal overeenkomsten, maar ook enkele significante verschillen tussen de veiligheidsregio's. Zo werden niet alle regio's op hetzelfde moment met de problemen geconfronteerd. De regio's zaten zogezegd onderling 'in een andere film'.
Hoewel de coronacrisis nog gaande is en een onvoorspelbaar verloop heeft, is met het onderzoek een eerste balans opgemaakt. Uit de interviews komen de volgende inzichten naar voren:
De veiligheidsregio's in de eerste weken van de coronacrisis